Een immer vrolijke Frank Deboosere had voor zaterdag 14 september zwaar weer voorspeld. Dat lieten we ons geen twee keer uitleggen en dus trokken we, gewapend met onze groene koorparaplu’s, richting Demervallei.

Op de Grote Markt bliezen we verzamelen onder het goedkeurend oog van onze voorzitter. Waarna we de Demer overbrugden richting Gasthuisschuur waar we om half vijf mochten optreden. Een stad met een rivier heeft voor de aandachtige ziel altijd iets magisch en ondergetekende, zelf een Zennezoon, groette het rustig kabbelende water met gepaste eerbied.

Ons koorgezelschap werd aangedikt met onze tweekoppige Oostendse fanclub. Ik weet niet waarom, maar bij elk hernieuwd weerzien lijkt mijn neus de geur van garnalen te snuiven! Vers gepelde welteverstaan!

Intussen hadden de weergoden een motregen uit het staalgrijze zwerk weten te persen maar dat kon ons zomers humeur niet deren. Zeker niet toen we een imposant standbeeld ontdekten naast de Sint-Elizabethkapel. Het naaktbeeld -in smurfenblauw asjeblief! – verbeeldde een euh…goedgeschapen man en leek zo weggelopen uit een zelfverheerlijkend marxistisch- leninistisch pamflet uit het interbellum. Alleen ontbrak naast de hamer en sikkel ook de slip!

Onze dirigent was al vroeger op post. Niet vanwege dat naaktbeeld maar vanwege een optreden met Cantadylia om 14u in dezelfde Gasthuisschuur. Om hem en zijn Cantadylianen een hart onder de koorriem te steken, wrongen we ons in stilte een weg naar binnen en vergastten we onze Haachtse vrienden op een aanmoedigend applaus na elk lied.

De binnenruimte bleek akoestisch allerminst een topper en ons ongeschoren zelfvertrouwen van voorheen verdampte toch wat. Je kon hier immers alles horen: elke aarzeling, elke noot, elke stemvibratie! Bovendien werd het snel zweterig warm in het lage, vrij compacte vertrek en we herademden dan ook gulzig bij het buitenkomen.

Tijd voor Andantino om in te zingen! Dat diende te gebeuren in een lokaal van de plaatselijke katholieke school, tot gespeeld misbaar van Firmina en Marleen die tijdens hun weekends net die biotoop wensen te ontlopen! Daar wachtte elk koorlid een groen(!)zakje met wat attenties waaronder een suikerwafel en die werd gesmaakt! Dankjewel organisatie!

Iets voor 16u zakten we opnieuw af naar de Gasthuisschuur. Famuze, een trio jonge vrouwen in maagdelijk wit, hield er ons en de rest van de publiek lang in de ban met hun engelenstemmen en het eindapplaus klonk lang na! Fameus goed, dat Famuze-ensemble en het was voor ons geen cadeau om na hen op te treden!


De Volkorenorganisatie had het strakke tijdsschema weten aan te houden en stipt om 16u30 mochten wij eindelijk onze ongeduldige zangduivels ontbinden.

Herman en Johan hielden de camera ongenadig lang op ons gericht maar dat weerhield er ons niet van om vaak olijk kijkend ons ding te doen. Af en toe twijfelend omwille van te luide Afrikaanse klanken of onbas hoge tonen. Maar bij momenten raakten we bij het publiek toch wat snaren. Want opnieuw klonk het ontroerende ‘Hallelujah’ van Cohen en opnieuw liet de saxofoon van Tine wat sfeervolle jazztonen doorheen de ruimte zweven. En toen An, Griet en Lut de leeuwerik van Sinead O’Connor zachtjes loslieten, groeide de stilte tot zelfs in het voorportaal.

Het deed andermaal deugd, dat eindapplaus en dan was het tijd voor een stevige dronk.
De Aarschotse bruine kon ons maar matig bekoren – ‘bocht uit de goot geschept’ hoorde ik een Oostendse bezoeker met Brabantse tongval verzuchten – maar de zon liet zich zowaar even zien en dus waren we snel opgewarmd voor de eindzang in de Museumtuin.


Tineke Verlooy mocht opdraven en ze hield de massa zangers goed in het gareel. En ja, we lieten ons onwijs luid gaan bij Verdi’s ‘Va pensiero’ en ja, we dansten rondjes alsof de alcohol ons naar de kop was gestegen. Jan had er moeten bij zijn!

Het bestuur wachtte nog een ‘netwerkborrel’ in het cultureel centrum en even raakten we de draad kwijt in het gangenstelsel dat naar ons glaasje cava leidde. Maar we vonden elkaar snel terug en we botsten er ook op de Famuzemeiden die we nogmaals complimenteerden met hun gave prestatie.

En toen? En toen kwam er een varkske met ne lange snuit. En dus is dit vertelselke nu helemaal uit!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.